Knolselder (of knolselderij) is het verdikte deel van de stengel van de selderplant. De knol groeit net boven de grond en is dus niet te verwarren met de wortel van de selderplant. Een knolselder wordt geoogst van augustus tot maart en is op zijn best in oktober en november. De knol is bruin-gelig van buiten en heeft roomwit vruchtvlees. Knolselder is een echt vitamine C-bommetje, en je vindt er ook nog eens veel vitamine K, ijzer en voedingsvezels in terug.
Als je een knolselder uitzoekt in de winkel, kijk dan goed uit dat het geen zachte plekken heeft. De hele knol moet stevig aanvoelen. Als er nog loof aan zit (lekker in de soep!) let dan op dat deze niet slap staat en mooi groen is. Ook is het handig om even op de knolselder te kloppen om te horen of hij niet hol van binnen is. Een verse knolselder heeft een diameter van zo’n 10 cm. De grotere versies zijn meestal wat minder van smaak.
Een knolselder bewaar je altijd op een koele en droge plek, dan blijft hij ongeveer drie weken goed. Aangesneden is een knolselder in wat vershoudfolie nog een week in de koelkast houdbaar. Wanneer je knolselder bereidt, snijd hem dan pas vlak voor het eten in stukken. Een knolselder zal snel verkleuren wanneer de groente in contact komt met de lucht én wanneer je het kookt. Je vertraagt dit proces door hem met citroen of een beetje azijn te besprenkelen. Weet wel, de verkleuring verandert niets aan de smaak. Maar het oog wil ook wat.
Knolselder is ook in te vriezen, dan blijft het ongeveer een jaar goed. Dan moet je de knolselder eerste even blancheren. Schil de groenten en snijdt in stukken, kook ze voor 2 à 3 minuten in gezouten water en spoel ze daarna meteen af onder koud water. Dep het droog, en bewaar in een opbergbakje of diepvrieszakje.
Knolselder is niet moeilijk te schillen, maar met een aantal trucjes wordt het wat gemakkelijker. Spoel hem voor gebruik grondig onder de kraan: zo haal je eventueel achtergebleven zand weg. Snijd de wortels van de onderkant en verwijder ook de wortelkanalen voor de beste smaak. Snijd verder in plakken en schil die. Een gekarteld mes werkt het beste bij het schillen. Let op: je schilt hem royaler dan een appel of aardappel. Voordat je bij het witte vruchtvlees zit, mag je een vrij dikke laag weghalen. Weet dat je ongeveer een kwart van de knol wegsnijdt voor de knolselder klaar is om mee te koken.
Knolselder is lekker in de soep, in stoofpotten, in een verse lasagne, of klassiek in de stoemp. Je kan zelfs knolseldersteak bakken! Kortom, er zijn heel veel manieren om van de koning van de herfst te genieten. Laat je alvast inspireren door deze heerlijke knolselder recepten van Dagelijkse kost.