Olijfolie kan je tegenwoordig bijna vergelijken met wijn: beide zijn verkrijgbaar in tal van soorten, smaken en kwaliteiten. Olijfolie kan van geel tot diepgroen kleuren en smaaktoetsen van boter, gras of peper bevatten. De kleur en smaak variëren namelijk afhankelijk van het type olijven.
We onderscheiden vier soorten olijfolie:
1. Extra vierge olijfolie
De crème de la crème en de olijfolie die ook bij ons het meeste gebruikt wordt, is extra vierge/extra vergine olijfolie. Deze olie is het resultaat van de eerste, koude persing met mechanische machines en heeft een zuurgraad lager dan 0,8%. Aangezien de olijven niet verhit worden, blijven alle vitaminen en mineralen optimaal bewaard met als resultaat een rijke, pure olijfsmaak. Extra vierge is daardoor de perfecte smaakmaker in al je gerechten: bij salade, in de soep, in een vinaigrette en noem maar op.
2. Vierge olijfolie
Vierge olijfolie komt ook voort uit de eerste, koude persing maar heeft een hogere zuurtegraad: maximaal 2%. De smaak, kleur en het aroma leunen wel dicht aan bij die van extra vierge olie. Waar zit het verschil dan? De olijven die voor deze persing aangeleverd worden zijn van mindere kwaliteit of al wat rijper. Dat merk je aan de zuurdere smaak en de meer troebele kleur. Vierge olijfolie is perfect om te bakken of om een vinaigrette te maken.
3. Gewone olijfolie
Deze, vaak goedkopere, olijfolie is een combinatie van een klein deel vierge olijfolie en een groot deel geraffineerde olie. Gewone olijfolie proeft daardoor vaak wat neutraler dan de (extra) vierge variant. Deze olie is geschikt om te bakken.
4. Geraffineerde olijfolie
Deze olie is het resultaat van de raffinering van olijven uit de eerste persing. Dat wil zeggen dat overgebleven olijfpulp opnieuw verhit en afgekoeld worden om onzuiverheden te verwijderen. Tijdens dit proces gaat echter ook veel smaak verloren.