Doe de boter met het water in een steelpan en breng het geheel aan de kook tot het gesmolten is.

Doe de bloem met het zout in de kom van de keukenmachine en kneed er voorzichtig de boter met het water door. Kneed het deeg na de keukenmachine nog even verder met je handen en laat even rusten.

Laat een klont boter smelten in een pan. Snijd het spek fijn en bak het krokant in de hete boter. Snijd het witloof fijn en voeg het toe aan het spek in de pan. Voeg er tot slot een scheutje water aan toe.

Kruid het witloof met peper en zout en een snuif nootmuskaat. Rasp de kaas bij het witloof en het spek en meng alles goed onder elkaar.

Rol het deeg dun uit met een deegroller en steek er grote cirkels uit. Vet de muffinvormen in met wat boter en schik het deeg in de muffinvorm. Duw de randen van het deeg goed aan in de vorm.

Giet het overtollige vocht van het witloof weg en vul de kleine taartjes met de vulling.

Maak een kommetje met een losgeklopte dooier en een scheutje melk en strijk er de randen van de taartjes mee in. Steek kleinere cirkels uit het deeg en kleef het dekseltje op de randen van het taartje. Druk de randen van de taartjes goed aan met een vorkje en strijk de dekseltjes in met het eigeel. Maak een gaatje in het midden van de taartjes en schuif de taartjes 30 minuten in een voorverwarmde oven van 180°C.

Spoel de jonge spinazie in koud water en laat hem uitlekken. Snipper de radicchio fijn en meng de spinazie eronder. Snijd wat witloof grof en meng hem onder de salade. Breng de salade op smaak met peper, zout, een scheut olijfolie en wat xeresazijn.

Schep de salade op een bord en leg een taartje met witloof en spek in het midden.