Breng in een kookpot water aan de kook met een snuif bicarbonaat en wat zout.

Haal de bladeren van de boerenkool en spoel ze in water. Verwijder de dikke nerven.

Kook de kool gaar in het water.

Verwarm een scheut olijfolie in een grote, hoge pan.

Pel en snipper de ui. Stoof hem in de olie.

Kneus en pel de knoflook. Snipper de teen fijn en stoof hem met de ui.

Schep de kool uit het water en laat ze uitlekken in een vergiet. Kook de pasta (spirelli) in hetzelfde water beetgaar.

Smelt een klontje boter in een tweede pan.

Verdeel de schelvis in porties en kruid ze met peper en zout.

Bak de vis eerst op de velkant en dan op de andere kant.

Snijd 2/3 van de boerenkool wat fijner. Stoof ze met de ui. Voeg een scheutje water toe en kruid met peper en zout. Laat verder garen onder een deksel op een zacht vuur.

Spoel de peterselie. Doe hem in de blender met de rest van de boerenkool en een likje water. Mix fijn. Doe er de mascarpone, een scheutje olijfolie, peper en zout bij. Mix nog een keer.

Giet de pasta af maar bewaar wat kookwater.

Meng de gare pasta met de groenten. Doe er het mascarponemengsel bij en schep alles door elkaar. Voeg een pollepel van het kookvocht van de pasta toe om de saus mooi te laten glanzen.

Serveer de pasta met een stukje gebakken vis.