Schil de aardappelen, snijd ze in grote stukken en kook ze gaar in gezouten water.

Breng een pot gezouten water aan de kook. Haal de nerven uit de borenkool en was de bladeren onder koud water. Kook de boerenkool gaar in het gezouten water.

Laat de boter voor de saus smelten in een pot en voeg de bloem eraan toe. Meng beide tot een stevige roux en giet de melk er al roerend bij. Breng de saus al roerend aan de kook en laat de kaas erin smelten. Kruid met peper, zout en nootmuskaat en pers er het sap van een halve citroen bij.

Giet de boerenkool af wanneer hij gaar is. Versnipper de uien en plet de look. Laat een klont boter smelten in een pot en stoof er de uien en de look in aan. Voeg er de boerenkool aan toe en laat hem even meestoven.

Snijd de zalm in plakken en kruid de plakken met peper en zout.

Meng de gestoofde boerenkool en ui onder de kaasaus en schep alles in een ovenschaal. Verdeel de plakken zalm over de boerenkool in kaassaus.

Giet de aardappelen af wanneer ze gaar zijn en voeg er een klontje boter, een scheutje melk en een dooier aan toe. Kruid de aardappelen met peper en zout en ga er met een pureestamper door. Schep de stevige puree op de plakjes zalm.

Meng het paneermeel met de rest van de gemalen kaas en verdeel dat over de ovenschotel.

Schuif de ovenschotel nog 25 minuten in een voorverwarmde oven van 200°C en serveer.