Schil de aardappelen, snijd ze in stukken en kook de aardappelen gaar in gezouten water samen met de teentjes look

Doe de boter in een kom van de keukenmachine. Hak de groene kruiden heel fijn en voeg ze toe aan de boter, evenals een snuif grof zout. Rasp de zestes van de citroen bij de boter en voeg er nadien het sap aan toe. Meng alles goed onder elkaar.

Schep de boter in wat aluminiumfolie of vershoudfolie en rol de boter tot een worst.

Zet een pan op het vuur en laat er een klontje boter in smelten. Snijd de portobello’s in reepjes en bak ze in de boter.

Snijd de sjalot in ringen en plet de look. Voeg beiden toe aan de bakkende champignons. Kruid de champignons tot slot met peper en zout en blus met een scheutje balsamico.

Laat een klontje boter smelten in een pan. Kruid het vlees met peper en grof zout en kleur het kort aan beide kanten. Leg er enkele takjes rozemarijn bij. Schuif de pan met het vlees 2 à 3 minuten in de hete oven. Haal de pan uit de oven, draai het vlees om en laat het rusten.

Giet de aardappelen af wanneer ze gaar zijn. Voeg de melk, de dooiers en een klontje boter toe aan de aardappelen en ga met een pureestamper door de aardappelen met de look. Kruid de mousseline met peper en zout.

Schep een lepel aardappelmousseline op een bord en schep er een lepel gebakken champignons bij. Snijd het vlees in plakken en leg de plakjes op het bord. Werk het geheel af met enkele plakjes citroenboter en wat postelein. Je kunt de boter een klein beetje over het vlees laten smelten met een bunsenbrander.