Nasi goreng met krab

Nasi goreng wil zoveel zeggen als gekookte rijst die een bakbeurt krijgt. Met de smaken en ingrediënten die je er aan toevoegt kan je alle kanten uit. Jeroen bereidt zijn nasi goreng met (budgetvriendelijk) krabvlees. Haal voor deze bereiding geen luxe ‘king crab’ in huis. Hij brengt de Indonesische wokklassieker op smaak met enkele ingrediënten die in elke Oosterse supermarkt te vinden zijn.

TIP: Voor een nasi kan je ook een restje gekookte rijst gebruiken of de overschot van een bestelling bij de afhaalchinees.

Ingrediënten

  • 250 g krabvlees
  • 400 g rijst
  • 0.5 paksoi
  • 300 g erwten
  • 2 ui
  • 3 look
  • 40 g gember
  • 1 rode chilipeper
  • 1 eetlepel sambal
  • 1 koffielepel trassie
  • 2 ei
  • scheutje arachideolie
  • zout
  • Ketjap Manis

Benodigdheden

  • een wok
  • een keukenmachine met hakmolen

Download de app

Jouw digitale kookhulp met dagelijkse recepten, tips, kookvideo’s, een weekmenu en boodschappenlijst.

Partners

Bereiding

Bereiding

Doe de rijst in een kookpot en voeg er twee delen water aan toe. Voeg een snuifje zout toe en laat de rijst rustig garen op een matig vuur. Hou de gare rijst nadien warm, tot hij de wok in gaat.
Pel de uien en de gember. Snij beide in grove stukken en doe ze in de beker van de hakmolen.
Kneus en pel de teentjes look. Snij tenslotte de rode chilipeper grof en doe dit samen met de look in de mengpot. Wie niet van een pikante smaak houdt gebruikt minder of geen rode chilipeper.
Laat de hakmolen even draaien tot de ingrediënten een soort van ‘spijs’ geworden zijn, een grove pasta.
Verwarm de wok voor op een matig vuur. Schenk een scheutje arachideolie in de hete pan, gevolgd door het papje van ui, look, gember en chilipeper.
Stoof de mengeling gedurende 5 minuten, roer af en toe en neem de sambal en de trassie erbij.
Voeg een beetje sambal en trassie toe en roer in de wok. Laat alles nog enkele minuten stoven. Wie niet van pikant houdt, kan best ook voorzichtig zijn met de hoeveelheid sambal.Opmerking: Trassie is een garnalenpasta die niet in de prijzen valt qua geur. Maar wanneer je wat van de Oosterse pasta verwerkt in een bereiding, dan speelt ze haar troeven uit.
Spoel tussendoor de paksoi schoon, en snij de bleke stelen en de groene bladeren in hapklare stukken.
Breek de eieren en klop ze los in een kleine kom.
Maak een kuiltje in het midden van de wokpasta en schenk de losgeklopte eieren erin. Laat de eieren even garen en roer tusendoor tot je stukken gestold ei krijgt. Meng alles voorzichtig.
Strooi de stukken paksoi in de wok, roer en laat de kool garen op een matig vuur.
Voeg een scheut water toe zodat het nasimengsel niet te droog wordt. Schraap met een pannenlikker langs de bodem van de wok.
Voeg het krabvlees toe, zet het vuur wat harder en doe ook de rijst in de wok. Roer en laat de korrels zacht meebakken.
Strooi tenslotte de diepvrieserwtjes in de nasi en stoof ze in een paar minuten beetgaar. Wie geen chilipeper en sambal gebruikte zal misschien de behoefte hebben aan een beetje peper van de molen.
Spoel takjes koriander en pluk de blaadjes los. Schep de nasi goreng in een ruime schaal en strooi er het kruid bovenop.
Serveer meteen. Waagt iemand zich aan eten met stokjes?TIP: Eet de nasi met een beetje ketjap manis. Deze zoete Indonesische sojasaus smaakt er heerlijk bij.
Nasi goreng met krab