Schil de pastinaak en snijd hem in grote stukken. Leg de stukken pastinaak samen met de aardappelen op een ovenplaatje en sprenkel er wat olijfolie over. Schuif het ovenplaatje 30 tot 40 minuten in een voorverwarmde oven van 180°C, tot de aardappelen en de pastinaak gaar zijn.

Kuis de bospaddenstoelen en snijd ze in grote stukken.

Pel de aardappelen en draai ze samen met de pastinaak door de passe-vite in een kom.

Voeg de 00-bloem er aan toe, gevolgd door de dooiers en de geraspte parmezaan. Kruid het beslag goed met peper en zout. Meng alles met je handen goed onder elkaar, tot je een stevig en kneedbaar deeg hebt.

Bestuif je tafel met wat bloem en rol het deeg van pastinaak en aardappel uit tot een worst met een diameter van 2 cm. Snijd de worst in plakjes van een cm dik en duw de plakjes plat met een vork. Bestuif ze af en toe met wat bloem wanneer ze plakken.

Breng een pot gezouten water aan de kook. Kook de gnocchi kort in het gezouten water, tot ze komen bovendrijven.

Zet twee pannen op het vuur en laat er een flinke klont boter in smelten. Pel en plet de look en pluk de blaadjes van de salie. Bak de champignons in een van de pannen en voeg er de look aan toe. Kruid met peper en zout.

Schep de gare gnocchi uit het kokende water en bak de gnocchi in de andere pan met bruisende boter. Kruid ze met peper en zout.

Snipper de salie en de chilipeper fijn. Voeg een beetje chilipeper toe aan de champignons, gevolgd door de gebakken gnocchi.

Voeg een lepel kookvocht van de gnocchi toe. Voeg de fijngesneden salie eraan toe en pers er wat sap van een citroen bij.

Schep de gebakken boschampignons en gnocchi in een diep bord en werk af met wat extra parmezaan.