Schil de aardappelen en kook ze gaar.

Dop de boontjes en kook ze. Koel de boontjes af wanneer ze gaar zijn.

Snijd de sjalot in fijne halve ringen en doe het samen met wat witte wijnazijn in een mengkom. Laat even trekken en doe er vervolgens de afgekoelde boontjes bij.

Snijd de kipfilet horizontaal doormidden, maar niet volledig en plooi open. De kipfilet heeft nu de vorm van een hart. Kruid nog wat bij met peper en zout. Klop de filet een beetje platter met de vleesstamper, zodat de sneetjes kaas en ham goed blijven liggen. Plooi de filet toe.

Zet 3 kommen klaar om te paneren: eentje met bloem, de volgende met de losgeklopte eieren en een scheutje arachideolie en tot slot een kom met cornflakes, panko en gedroogde tijm. Verkruimel de cornflakes grof met de hand en meng vervolgens met de panko en tijm. Zet ondertussen ook al een pan op het vuur met boter en arachideolie, zodat de gepaneerde kipfilets meteen de pan in kunnen.

Paneer de kipfilets met kaas en ham in de deze volgorde: eerst in de bloem, vervolgens in de losgeklopte eieren en tot slot in de cornflakes en panko. 

Bak ze krokant in de pan en laat ze nog verder garen in de oven, ongeveer 8 minuten op 180°. Laat vervolgens uitlekken.

Bak de aardappelen in een pan met boter tot ze krokant zijn en laat ze uitlekken.

Werk de bonensla af met peper, zout en olijfolie en meng goed. Bij het serveren kan eventueel nog wat mosterd.