Verwarm de oven voor op 100°C.

Giet de suiker voor de karamel in een steelpan en voeg er een scheutje water aan toe. Zet de steelpan op het vuur en breng het mengsel aan de kook.

Meet de juiste hoeveelheid melk en room af. Warm de melk en de room op in een andere steelpan.

Snijd 2 stukjes van de citroenschil en laat deze meekoken in het melk- en roommengsel.

Snijd de vanillestok overlangs in twee en schraap de zaadjes eruit. Doe de zaadjes met het stokje bij het melk- en roommengsel.

Scheid de eierdooiers van de eiwitten. Klop de eierdooiers even los en voeg er vervolgens de suiker aan toe. Klop verder los. 

Houd de karamel in het oog. Haal de karamel van het vuur als deze bruin begint te worden.

Blus de karamel met een lekje water en kook de karamel nog heel even op het vuur.

Giet de karamel vervolgens in de potjes.

Klop dan de eierdooiers flink los, zodat het mengsel dikker wordt. Giet er het opgewarmde roommengsel aan toe en meng onder de eierdooiers.

Zet de potjes met de karamel op een bakplaat. Giet er het flanbeslag bij.

Zet de bakplaat met de potjes gedurende 60 minuten in de oven.

Zet een pan op het vuur.

Doe de suiker voor de gekarameliseerde nootjes met het scheutje water in een pan. Zet op het vuur en wacht tot het mengsel begint te verkleuren. 

Roer er de pinda’s onder als de karamel een beetje begint te kleuren. Blijf goed roeren. 

Haal de gekarmeliseerde pindanoten vervolgens van het vuur en laat ze even uitlekken op een vel keukenpapier. 

Haal de bakplaat met de potjes flan uit de oven en laat ze even afkoelen. Plaats ze gerust even in de koelkast om verder op te stijven.

Zet een beker met kokend water klaar. Laat er een aardappelmesje in opwarmen. Snijd met het mesje rond de rand van het potje en keer de flan om op een dessertbordje. Je kan de flan ook rechtstreeks uit het potje eten.

Hak de gekarameliseerde noten fijner met een mes. Pel de banaan en snijd ze in willekeurige schijfjes.

Schik de gekarameliseerde noten en stukjes banaan op de flan-karamel.